TpsDave/Pixabay
Overzicht van het boek Hosea (Zevende deel)
Vervolg van Overzicht van het boek Hosea (Zesde deel)
Efraïm—een Koek die niet Gekeerd is
“Zij allen gloeien als een oven. Zij verteren hun regeerders, al hun koningen zijn gevallen. Niemand onder hen roept tot Mij. Efraim vermengt zich met de volken. Efraim is een koek die niet gekeerd is” (Hosea 7:7-8). De frase “gloeien als een oven” verwijst naar Engelands verdorvenheid. Er is geen ware gerechtigheid meer in het land. Engeland ziet er goed uit, oppervlakkig bezien. Maar God zegt in vers 8 dat Engeland is als een “koek die niet gekeerd is.” Aan de onderkant is Engeland al helemaal verbrand. Hun maatschappij mist elke werkelijke stevigheid. Zeer binnenkort zullen we van deze grote ramp in Engeland, de Verenigde Staten en andere Israëlitische naties getuige zijn. Bepaalde gebeurtenissen zullen onze naties zo snel doen wegbrokkelen, dat de wereld er verbijsterd van is. Net zoals de verrijzing van de Verenigde Staten van Europa de wereld versteld zal doen staan.
Wanneer dit alles toeslaat, zullen de mensen er totaal niet op verdacht zijn. “Vreemden hebben zijn kracht verteerd, maar hij beseft het niet. Zelfs ligt grijsheid over hem gesprenkeld, maar hij beseft het niet” (Hosea 7:9). Engeland heeft zijn kracht verloren. Als Duitsland tegen dat volk optrekt, dan zullen ze geen militaire kracht hebben om hen zich van het lijf te houden. Engeland zit vol grijze haren, maar zij zien de tekenen niet. God leidde de heer Armstrong meer dan 50 jaar geleden ertoe te zien wat er met Engeland zou gebeuren. Hij waarschuwde het volk getrouw. Wij in de Filadelfia Kerk van God zien het ook en hebben de verantwoording om de mensen een laatste waarschuwing te geven.
Steek de Trompet
“De bazuin aan uw mond! Als een arend [komt het] tegen het huis des Heren! Omdat zij mijn verbond hebben overtreden en tegen mijn wet gerebelleerd” (Hosea 8:1).We moeten nu meer dan ooit achter Gods Werk staan. We moeten trouw zijn in gebed, vasten, tienden en offeranden. We moeten er zeker van zijn dat we Gods Werk steunen. Het is onze taak Engeland te waarschuwen dat Duitsland op het punt staat op hen neer te schieten als een arend. Na die waarschuwing zal de nachtmerrie beginnen.
“Verfoeilijk is uw kalf, o Samaria! (Mijn toorn is tegen hen ontbrand. Hoelang nog zal hun reiniging onmogelijk zijn?) [de sv zegt: hoe lang zullen zij de reinheid niet verdragen?] Voorwaar, ook dit is uit Israël, het is het maaksel van een werkmeester, een god is het niet. Voorwaar, tot splinters zal dat kalf van Samaria worden” (Hosea 8:5-6). Efraïms grote zonde is zijn afgoderij. Het woord “werkmeester” betekent kunstenaar of vakman. Het is welbekend dat Engeland uitblinkt in technisch kunnen. Een van hun grootste successen is de ontwikkeling van kernenergie geweest, zowel voor huishoudelijk als voor militair gebruik. Zou dit Engelands kalf kunnen zijn? Zou Engeland kunnen denken dat nucleaire kracht hen door nog een oorlog zou kunnen slepen? De Verenigde Staten vertrouwen op hun industriële macht die de Verenigde Staten in de Tweede Wereldoorlog vrijwaarde, maar niet in deze tijd.
“Zodra Efraïm sprak, was er schrik, hij was verheven in Israël; maar hij maakte zich schuldig door de Baal, en stierf weg. Ook nu gaan zij voort met zondigen en maken zich gegoten beelden van hun zilver, afgodsbeelden, naar eigen inzicht, alles het werk van metaalbewerkers. Men zegt van hen: De mensen die offeren, kussen kalveren” (Hosea 13:1-2). Engeland vertrouwt liever op zijn vaklui dan op God. Zij aanbidden hun technisch kunnen—zij “kussen de kalveren.” Op dezelfde manier vertrouwt de Laodicea Kerk op het feit dat zij “rijk zijn en verrijkt met goederen” (Openbaring 3:17). Engeland, de Verenigde Staten, Juda en de Laodicea Kerk vertrouwen meer op materiële dingen, dan op de grote God die alles geschapen heeft.
Wij in Gods Kerk kunnen niet op fysieke dingen of op mensen vertrouwen om Gods Koninkrijk binnen te gaan! “Ja, het wordt zelf naar Assur gebracht als een geschenk voor koning Strijdlust. Schande zal Efraïm op zich laden, en Israël zal beschaamd uitkomen met zijn overleggingen” (Hosea 10:6). Het woordje “het” verwijst naar Engelands afgoden. Zou dit erop kunnen wijzen dat Engelands grote technische kunnen naar Duitsland wordt afgevoerd? Engeland zal spoedig schande op zich laden met zijn “vaklieden” of experts. Geen menselijk wezen of afgod kan ooit schenken wat een menselijk wezen wenst. Hebben wij soms ook een of andere afgod die tussen ons en God in staat? Zo ja, dan wil God dat we daar nu afstand van doen. ▪
Vervolg op Overzicht van het boek Hosea (Achtste deel)