Het Mysterie van de Kerk (veertiende deel)

Vervolg van Het Mysterie van de Kerk (dertiende deel)

Het ware doel van de Kerk

Nu het allerbelangrijkste: wat is het ware doel van de Kerk? Waarom liet God haar door Christus oprichten?

De Kerk is de geestelijke moeder van de bekeerde mensen. Deze mensen zijn de nog ongeboren geestelijke embryo’s en foetussen, verwekt door Gods Heilige Geest—zij zijn nu reeds kinderen van God. De Kerk is Gods geestelijke organisme, dat goed is georganiseerd, ten behoeve van het voeden met geestelijk voedsel, het trainen en ontwikkelen in geestelijk rechtvaardig karakter van de toekomstige Goddelijke Wezens de zonen van God de Vader’.

Voor deze training, deze geestelijke ontwikkeling van Gods karakter—heeft God Zijn Kerk een dubbele verantwoordelijkheid gegeven:

„Gaat heen in de gehele wereld” en verkondig het goede nieuws een aankondiging van het komende koninkrijk van God.

„Weid mijn schapen.”

Bij het weiden of voeden van de „schapen”, het in hen ontwikkelen van Gods geestelijke karakter, heeft God hun evenwel ook hun aandeel gegeven in het steunen van de grote opdracht: „Gaat dan heen in de gehele wereld.”

Deze eerste en grote opdracht werd aan de apostelen gegeven. In mindere mate werden evangelisten gebruikt om de boodschap uit te dragen. Andere leiders, geordineerde dienaren, hadden een vaste plaats, maar ook de plaatselijke dienaar van een gemeente kan in zijn gebied evangelisatie samenkomsten houden, niet van het soort „een kruistocht om zieltjes te redden,” maar lezingen die als een getuigenis het komende Koninkrijk van God aankondigen en ver­kondigen (het ware evangelie)!

Deze gehele grote opdracht—het verkondigen van het goede nieuws van het komende koninkrijk, en het „weiden van de schapen” is een gecombineerde verantwoordelijkheid en functie van de Kerk.

Het individuele gewone lid heeft zijn eigen zeer belangrijke aandeel in het verkondigen van het goede nieuws (evangelie) aan de wereld. Hoe? Niet door zelf in het openbaar Christus’ boodschap aan de buurt of aan de wereld te verkondigen. Dit wordt in hoofdzaak door de apostelen gedaan, in mindere mate door evangelisten, en in nog mindere mate door plaatselijke dienaren. (De voornaamste verantwoordelijkheid van de plaatselijke dienaren is het toezicht op en het prediken tot de plaatselijke Kerk.) De hele kerkelijke activiteit is evenwel één geheel, georganiseerd in verscheidene afdelingen en taken (1 Corinthiërs 12:5-6).

Aandeel van het gewone lid

Wat is nu het aandeel van het individuele plaatselijke lid in het bekendmaken van de evangelieboodschap aan de gehele wereld? Dit wordt immers hoofdzakelijk en rechtstreeks gedaan door de apostel. In deze tweede helft van de twintigste eeuw gebeurt het bovendien door radio, televisie en het gedrukte woord!

In de eerste eeuw werd het gedaan door persoonlijke verkondiging. Welk aandeel had dan het individuele gewone lid daarin?

Een groot aandeel! Zonder dit grotere lichaam van gewone leden zou de apostel niets kunnen doen! Een voorbeeld uit de Bijbel: Petrus en Johannes hadden de boodschap in de Tempel te Jeruzalem verkondigd. Petrus had een wonder verricht en er had zich een grote menigte mensen verzameld. Bijgevolg werden Petrus en Johannes de nacht over in de gevangenis geworpen, en zij werden ernstig bedreigd. Hun leven was in gevaar. Zij waren ontdaan.

Onmiddellijk na hun vrijlating gingen zij naar de gewone leden (Handelingen 4:23). Zij hadden behoefte aan de steun en de bemoediging van de leden. Die baden vurig! Petrus en Johannes hadden deze loyaliteit, deze steun en de gebeden van de gewone leden hard nodig. Zij vormden allen tezamen een team!

Laten we een recent voorbeeld uit onze tijd nemen.

Het bureau van de procureur generaal van de volkrijkste staat van Amerika, Californië, had een plotselinge, onverwachte, zwaar bewapende aanval uitgevoerd op het hoofdkwartier van de Wereldwijde Kerk van God in Pasadena, Californië. Zij eisten, daarbij de grondwet van de Verenigde Staten met voeten tredend, alle eigendommen en baten van de Kerk voor de Staat op. En in het geheim had het hof een curator aangesteld om de Kerk van de levende God over te nemen, te runnen en te exploiteren!

Maar toen de curator met zijn staf en gevolmachtigde politiehoofden het Administra­tiegebouw en andere gebouwen op het hoofdkwartier wilden betreden, waren deze gebouwen geheel bezet door zo’n 5000 gewone leden met kinderen en baby’s, die daar langdurige gebedsdiensten hielden, de een na de ander. De deuren waren gesloten. De gewapende beambten waagden het niet de deuren open te breken en deze massale en ordelijke gebedsdiensten te verstoren. Na drie dagen gaven zij het op. De curator, een oud-rechter met een niet-christelijk geloof, nam zijn ontslag. Het civiele rechtsgeding werd „op een laag pitje gezet.” En het werk van de Kerk ging door! Het hof in hoger beroep besliste later dat dit rechtsgeding ongefundeerd was en nooit had mogen plaatsvinden.

Schrijver dezes, Christus’ apostel, kan met nadruk zeggen dat de apostelen, evangelisten, dienaren en oudsten niet verder hadden kunnen gaan met het werk van God zonder de loyale steun en de voortdurende bemoediging van de gewone leden.

Evenmin kan het individuele gewone lid Gods heilige, rechtvaardige en volmaakte karakter in zich ontwikkelen zonder het werk van de apostel, de evangelisten, dienaars en oudsten. Al deze verschillende leden die God in Zijn Kerk heeft geplaatst zijn onderling afhankelijk, zijn wederkerig op elkaar aangewezen. Zij vormen een team, een georganiseerd geestelijk organisme, totaal verschillend van welke seculiere of wereldlijke organisatie dan ook!

Hoe werkt deze wederkerige afhankelijkheid meer specifiek?

God zorgt voor moderne middelen

In het algemeen kost de hele bedrijfsvoering van de Kerk in deze wereld van de twintigste eeuw veel geld. Voor de uitvoering van haar opdracht staan de Kerk faciliteiten en middelen ter beschikking die in de wereld van de eerste eeuw niet bestonden. Zonder de tienden en de gulle vrijwillige offers van de gewone leden zou de opdracht van de Kerk in de wereld van vandaag niet kunnen worden uitgevoerd.

Zonder de vurige en voortdurend zegevierende gebeden van alle leden zou het werk niet kunnen worden verricht. Zonder de aanhoudende bemoediging van de gewone leden en van hun plaatselijke leiders zouden diegenen van ons die vanuit het hoofdkwartier werkzaam zijn het onder de vervolgingen, de tegenstand, de beproevingen en teleurstellingen niet kunnen volhouden.

Andersom hebben ook de gewone leden even dringend behoefte aan bemoediging, onderwijs, advies en leiding van het hoofdkwartier en de plaatselijke dienaren.

Een voorbeeld van het bovenstaande: Ik ontvang dikwijls grote kaarten, vaak prachtig geïllustreerd of gedecoreerd, getekend door honderden plaatselijke kerkleden die bemoedigingen, trouwbetuigingen en steun geven. Gewone leden, over de hele wereld verspreid, kunnen zich gewoon niet ten volle indenken hoeveel bemoediging en inspiratie dit geeft aan hem die Christus gekozen heeft om dit geweldige wereldwijde lichaam, Gods Kerk, te leiden! De verzekering van de vurige gebeden die voortdurend tot God opstijgen van deze duizenden uit alle delen van de wereld inspireren het geloofs­vertrouwen om te blijven volhouden in de leiding van en het opzicht over dit grote werk!

Hoe nu is Gods Kerk in deze tijd georganiseerd? Hoe werkt zij nu aan het eind van deze moderne, twintigste eeuw?

Christus’ evangelieboodschap—het Koninkrijk van God—wordt over de gehele wereld met dynamische kracht bekendgemaakt door radio, televisie, en het tijdschrift met een massale oplage The Plain Truth/De Echte Waarheid. Dit unieke tijdschrift met maandelijks meer dan 7 miljoen exemplaren, volledig in kleur, brengt effectief en op interessante wijze het evangelie van Christus. Dan zijn er nog miljoenen aantrekkelijke boekjes en boeken, die op aan­vraag gratis verzonden worden. In een campagne verschenen er dynamische boodschappen als pagina grote advertenties in toonaangevende nieuwsbladen: The New York Times, The Wall Street Journal, Los Angeles Times, San Francisco Chronicle en andere dagbladen. Veel ruimte werd besteed in de Londense Times.

Om de plaatselijke kerkleden en de dienaren te bemoedigen wordt er wekelijks vanuit het hoofdkwartier aan alle dienaren een 14 tot 20 pagina’s tellend, gestencild Pastor General’s Report verstuurd. Tweemaal per maand gaat de krant The Worldwide News naar alle leden. Maandelijks wordt het mooie tijdschrift in kleur Het Goede Nieuws verzonden aan alle gewone leden, dienaren en andere belangstellenden. En tenslotte stuurt Christus’ apostel maandelijks een gestencilde medewerkersbrief naar alle leden en medewerkers met een verslag over de voortgang in het werk, de lopende activiteiten en de benodigdheden.

En een uiterst belangrijke afdeling moeten wij niet over het hoofd zien: de schriftelijke Bijbelcursus, gratis lessen die na inschrijving naar gewone leden en het publiek worden verzonden en die fundamentele onderwerpen uit de Bijbel diepgaand behandelen.

Wellicht dient nog vermeld te worden dat schrijver dezes op zijn reizen Christus’ boodschap persoonlijk overbrengt aan koningen, keizers, presidenten, eerste ministers en andere leiders onder hen in een groot aantal landen.

Dit alles is een goed georganiseerde onderneming ter verwezenlijking van het doel van de Kerk: 1) het aankondigen aan de wereld van de komst van het Koninkrijk van God en 2) het voeden van de kudde.

De „eenling”, de „individuele Christen,” die het Koninkrijk van God wil binnen klimmen op enige andere wijze dan door Christus en Zijn weg via Zijn Kerk, wordt niet opgeleid in Christus’ wijze van training , om te regeren met Christus in Zijn koninkrijk! ▪

Vervolgd op Het Mysterie van de Kerk (vijftiende deel)