ISTOCK.COM/EREMYCULPDESIGN
Hoe gaat u om met de dood?
Angst voor de dood is een krachtige motivator. Op dit moment houdt deze angst massa's mensen gevangen in hun huizen. Het zet mensen ertoe aan onhandige, lelijke maskers om te doen wanneer de nabijheid van andere mensen onontkoombaar is. Uit angst voor de dood kijken voorbijgangers in supermarkten elkaar behoedzaam aan; buren bespioneren en verklikken elkaar voor overtredingen. Politici voeren een beleid dat miljoenen mensen verdoemt tot een soort van winterslaap, eenzaamheid, werkloosheid en ontbering; regels die bedrijven kapot maken, industrieën ruïneren en nationale economieën ten gronde richten; decreten die zwaarbevochten, lang gekoesterde burgerlijke vrijheden wegvagen - en ze rechtvaardigen dit alles met de noodzaak om “zelfs maar één leven” te redden.
De reactie van de wereld op COVID-19 is het meest ingrijpende voorbeeld van de extremen waar mensen naar zullen grijpen om de dood af te weren. En de meeste mensen achten de economische, financiële, mentale en emotionele kosten blijkbaar acceptabel als ze het sterftecijfer verlagen. Velen spreken alsof het immoreel is om andere factoren te beschouwen dan de heiligheid van het leven zelf.
Ongetwijfeld behoren de vragen en beproevingen rond sterven en dood tot de ondraaglijkste waarmee mensen worden geconfronteerd. We willen niet doodgaan en we willen niet denken aan doodgaan.
Voor veel te veel mensen betekent dit niet dat ze verstandige keuzes gaan maken die hun gezondheid optimaliseren en de levensduur verlengen. Het betekent voor hen doen alsof ze hun lichaam zonder gevolgen kunnen misbruiken, en dan, als dat niet lukt, verwachten dat ze gered worden door de geavanceerde geneeskunde. En wanneer er een ernstige ziekte of verwonding optreedt, betekent dit dat ze hun sterfelijkheid moeten bestrijden met elk hulpmiddel dat de wetenschap kan bieden.
Deze neiging werd levendig geïllustreerd in het COVID-19-gevecht om beademingsapparaten in massaproductie te vervaardigen. Men sprak alsof deze machines een veilige oplossing zijn voor ademnood bij COVID-patiënten. Dat is niet het geval. De agressiviteit van de procedure zorgt vaak voor een permanente beschadiging aan de longen en kan zelfs longontsteking veroorzaken. U zou het nooit weten uit de berichtgeving in de media, maar de overgrote meerderheid van de gebruikers van beademing - indicaties liggen tussen de 80 en 90 procent - sterft voordat ze het ziekenhuis verlaten.
Maar de medische professie is de enige hoop die de meeste mensen hebben. En dat beroep is heel erg bereid om hoop uit te dragen. Voor patiënten die getroffen zijn door dodelijke aandoeningen, bieden zij een steeds groeiend menu van behandelingen - een kans om aan het onvermijdelijke te ontsnappen. Maar dit creëert ook een aantal hartverscheurende keuzes.
Daarnaast roept het belangrijke vragen op: tegen welke prijs voor anderen moet een fysiek menselijk leven worden behouden? Wat is de waarde ervan? Wat is de betekenis van een mensenleven? En wat gebeurt er na de dood?
Een leven verlengen
Hoeveel medische tussenkomst zou u accepteren om uw leven te verlengen? Tegen welke financiële en emotionele kosten voor uzelf en uw gezin? Hoeveel hebt u erover nagedacht?
Medicinale en therapeutische innovatie vergroot het besluitvormingsvermogen en de verantwoordelijkheid voor mensen die met de dood worden geconfronteerd. Iemand met een slecht hart kan een harttransplantatie krijgen. Longen, darmen, beenmerg, levers, nieren - alles kan door een operatie worden vervangen. Iemand met terminale kanker krijgt chirurgie, chemotherapie, bestralingstherapie, immunotherapie, hormoontherapie, cryoablatie en nog meer opties aangeboden. En machines maken het mogelijk om de vitale functies van een lichaam in stand te houden - kloppend hart, stromend bloed, pompende longen - bijna voor onbepaalde tijd.
De drang om alle mogelijke middelen te gebruiken die nodig zijn om het leven te behouden, is begrijpelijk - sommigen zouden het zelfs heroïsch noemen. Maar deze vooruitgang heeft ook een keerzijde. Naast het bieden van beloftes aan zieke patiënten, creëert het scala aan mogelijke behandelingen ook een formidabele reeks verwachtingen voor de moderne geneeskunde om aan te voldoen. In de meeste gevallen is de ziekte zelf onvermijdelijk - maar op de een of andere manier denken mensen dat het niet gebruiken van een bepaalde technologie of het toepassen van een bepaalde behandeling betekent dat ze besluiten te sterven.
Niemand wil dood. Maar het accepteren van de realiteit van een lichaam dat bezwijkt aan een dodelijke ziekte wordt nog moeilijker wanneer het vergezeld gaat van het idee - hoe verkeerd ook - dat het een keuze was. Ik kies voor de dood.
Als het erop aankomt gaan steeds minder mensen voor deze keuze. De kosten voor gezondheidszorg blijven dus stijgen. Elk van die transplantatieprocedures kost ergens tussen een half miljoen en 2 miljoen dollar. Kankerbehandelingen overschrijden gemakkelijk $10.000 per maand en kunnen ook 10 keer zo hoog zijn. En het slagingspercentage - afhankelijk van hoe u het definieert in termen van lengte en kwaliteit van leven - varieert enorm. Uiteindelijk sterven de meeste mensen in ziekenhuizen, vaak na aanzienlijke medische tussenkomst.
Artsen streven het fundamenteel welwillende doel na om individuen een waardevol, zij het vluchtig geschenk te geven: meer jaren van kostbaar leven. Tegelijkertijd erkennen ze dat het onmogelijk is om de menselijke sterfelijkheid blijvend te bekampen. Ze hebben niet de macht om te genezen. En in veel gevallen schaden hun behandelingen patiënten, waardoor de levenskwaliteit afneemt en de dood wordt bespoedigd. Daarnaast komen medische fouten en wanpraktijken in ziekenhuizen en zorginstellingen schokkend vaak voor. In Amerika zijn ze de derde belangrijkste doodsoorzaak.
Geconfronteerd met deze realiteit, staan artsen, samen met patiënten en hun families, voor pijnlijke keuzes over hoeveel therapie ze moeten toedienen, waarbij ze onzekere grond betreden, daarbij geleid door waarschijnlijkheden en gevoelens.
De grote vragen onder ogen zien
Moderne medische vooruitgang heeft duidelijk aan vele mensen extra jaren - van wisselende kwaliteit - gegeven. Tegelijkertijd hebben deze vorderingen ons in staat gesteld de fundamentele vragen die onze sterfelijkheid oproept, voor ons uit te schuiven. Nu de dood op de loer ligt, raken we in beslag genomen door in wezen materiële zorgen - opties, behandelingen, schema's, kansen. Voor velen worden de laatste dagen van het leven niet in vrede doorgebracht, maar in oorlogsstrijd, alleen gewapend met het geloof in de zwakke wapens van de wetenschap. We storten ons korte leven in de strijd tegen de vijand die het zal beëindigen. En uiteindelijk eindigt dat gevecht altijd in een nederlaag.
De moderne geneeskunde belooft een soort onsterfelijkheid. Ze suggereert dat onze energie het best ingezet kan worden in het gebruik van alle middelen die het fysieke bestaan zo lang mogelijk kunnen rekken. Als we niet oppassen, kan deze fictie prevaleren over de belangrijke geestelijke bezorgdheden die ons denken en zelfs onze besluitvorming zouden moeten domineren, terwijl we ons bezinnen over de onontkoombaarheid van de dood.
Zelfs met geloof in God kan het buitengewoon moeilijk zijn de dood onder ogen te zien, vooral wanneer er voortdurende pijn bij komt kijken. Zelfs Jezus Christus, die volmaakt in geloof was, worstelde enorm toen Hij zijn eigen dood onder ogen zag en bad met indringende emotie dat Hij het lijden dat voor Hem stond, kon vermijden (Lucas 22:41-44). Maar toch, ontstaat er een sereniteit door te zeggen, zoals Jezus deed: "doch niet Mijn wil, maar de Uwe geschiede."
En er is een enorme vrede in het herkennen en begrijpen van de waarde van het geestelijke vóór en boven het fysieke. Wat is tenslotte het echte doel van het leven? En wat gebeurt er nadat het is afgelopen? Het inzetten van alle mogelijke middelen om het nog een paar jaar te rekken leidt mensen weg van deze fundamentele vragen.
Leven na de dood?
Drie op de vier Amerikanen geloven in leven na de dood. Maar wat dat zou kunnen zijn, blijft voor de meesten gehuld in mysterie. Ze hebben het onderwerp eenvoudigweg nooit nauwkeurig onderzocht. Misschien zijn ze bang.
De apostel Paulus schreef: "Als wij alleen voor dit leven op Christus onze hoop gevestigd hebben, zijn wij de meest beklagenswaardige van alle mensen" (1 Korinthiërs 15:19 HSV).
Dit was een man die met vertrouwen de dood tegemoet ging. “Want ik word nu tot een drankoffer geofferd, en de tijd mijner ontbinding is aanstaande. Ik heb den goeden strijd gestreden, ik heb den loop geëindigd, ik heb het geloof behouden; Voorts is mij weggelegd de kroon der rechtvaardigheid, welke mij de Heere, de rechtvaardige Rechter, in dien dag geven zal …” (2 Timotheüs 4:6-8).
Paulus verlangde ernaar te leven, zoals we allemaal doen. Maar waar hij naar verwees was geen loze hoop om zijn fysieke leven te verlengen - maar de ware hoop zoals uiteengezet in de Schrift.
Het is een hoop die gefundeerd is in het begrijpen van Gods wonderbaarlijke doel bij het scheppen van een sterfelijke mens, waarbij Hij ons onderwerpt aan de beproevingen van het vlees - een ervaring die Hij, om dat doel te bereiken, zelfs Zijn eniggeboren Zoon liet doorstaan.
Veel mensen geloven dat mensen een onsterfelijke ziel bezitten en dat ze, wanneer ze sterven, naar de hemel of de hel gaan. De Bijbel toont echter duidelijk dat zielen niet onsterfelijk zijn - ze kunnen sterven. De Schrift zegt dat wanneer we sterven, onze "gedachten vergaan" en dat "de doden niets weten" (Psalm 146:4; Prediker 9:5). Christus Zelf zei dat "niemand is opgevaren naar de hemel dan Hij die uit de hemel neergedaald is, namelijk de Zoon des mensen, Die in de hemel is" (Johannes 3:13).
De echte hoop van de Schrift gaat niet over het bezit van een “onsterfelijke ziel” of over de “wonderen” van medische ingrepen. Het is de belofte van opstanding. Het is de belofte dat "gelijk zij allen in Adam sterven, alzo zullen zij ook in Christus allen levend gemaakt worden.” (1 Korinthiërs 15:22, 26). Voor God is de menselijke dood slechts een tijdelijke slaap, omdat Hij mensen uit het graf kan doen opstaan!
Dit begrip geeft een dimensie aan vragen over leven en dood die de wetenschap gewoon niet kan beantwoorden. Paulus zei dat voor diegene die de dood in de ogen ziet, die van zichzelf of die van een geliefde, deze waarheid u in staat stelt “niet bedroefd te zijn, gelijk als de anderen, die geen hoop hebben”. Na zijn uitleg over de komende opstanding, zei hij: “vertroost elkander met deze woorden” (1 Thessalonicenzen 4:13-18).
De Bijbel laat zien dat een groot aantal mensen zal worden opgewekt tot een tweede fysiek leven in een toekomstige wereld die wordt geregeerd door de Koning der koningen, in plaats van door de boosaardige “god van deze wereld' [= Satan], zoals nu het geval is. Het fysieke leven is echter slechts een test-terrein, dat ons voorbereidt op de opstanding tot geestelijk leven. 'Want dit vergankelijke moet zich met onvergankelijkheid bekleden en dit sterfelijke moet zich met onsterfelijkheid bekleden” (1 Korinthiërs 15:53).
Er is een reden - een prachtige, inspirerende reden - waarom iets in ons zich aan het leven vastklampt. Er is een reden waarom we naar langdurigheid hunkeren, zelfs als ons fysieke bestaan als een schaduw voorbijgaat. De Schepper heeft Zijn doel geopenbaard voor het scheppen van mensen die Hij heeft begiftigd met denkvermogen, intellect, creativiteit, zelfbewustzijn en geestelijke verlangens. U hebt een doel en een potentieel dat alles overstijgt wat deze materiële wereld te bieden heeft. U bent geschapen om de eeuwigheid te beërven.
Leer meer over dat doel en bouw uw leven eromheen. Dan kunt u, net als Paulus, zonder verpinken naar de dood kijken. Niet met angst, maar met een nuchter vertrouwen, zeggende: “Voor mij is weggelegd een krans van rechtvaardigheid, die de Heere, de rechtvaardige rechter, mij op die dag geven zal. En niet alleen mij, ook allen die Zijn verschijning hebben liefgehad.”
Vraag voor meer informatie een gratis exemplaar aan van Herbert W. Armstrongs inspirerende boek Het ongelooflijke potentieel van de mens.